NIEMAND

In het park luister je

naar de zachte vogelzang

en het ademen van de bomen.

 

Dicht bij de kleine dingen

hunker je naar de stilte,

naar een vriend

of een eenvoudige wenk.

 

In het duistere zwijgen

van de ongerepte natuur

zweeft het zonnelicht.

 

Niemand ziet die traan vallen

op de pas-ontloken bloem

van de nieuwe lentepracht.